De pruimenpluk, zo heet de nieuwste worp van Dimitri Verhulst en je mag deze titel gerust op de schunnige, seksuele manier interpreteren. Het is trouwens de eerste keer dat de Vlaamse auteur zich waagt aan erotische scènes in zijn werk. Verder gaat het om een vintage Verhulst: tragikomisch en rijkelijk gelardeerd met zelfspot en zwartgallige humor.
Protagonist van dienst is Mattis, een sombere schaker die aan een afgelegen meer in een niet nader genoemd land (lees: Zweden) verblijft, waar hij zijn levensmoeheid, mensenhaat en “allenigheid” vol cynisme cultiveert. De weinige mensen waarmee hij in aanraking komt gedragen zich nors en ontoegankelijk. Uiteindelijk overweegt hij om toch maar “de drukte van niets” van de stad op te zoeken en zet hij zijn huis te koop. Zonder twijfel heeft de auteur voor deze setting inspiratie geput uit zijn eigen mislukte verblijf in Zweden.
"En er zou weldra nóg een mij te herinneren huis bij komen, misschien wel het allermooiste dat ik ooit had bewoond, het allermooiste dat ik ooit bewoond zal blijken te hebben, gelegen aan een meer, omzoomd door prachtige bomen om mij aan op te knopen."
Dan overkomt hem de beeldschone weduwe Elma en gooit hij het roer om. Zijn geloof in de liefde is terug en hoewel Elma nog niet over het verlies van haar man heen is, toont ze zich wel klaar voor een beetje avontuur. Tijdens hun idyllische ontmoeting aan/in het water is Mattis meteen genoodzaakt om zich in volle glorie aan haar nieuwsgierige blikken bloot te stellen.
“Bezat de vloeistofdynamica een term voor het kortstondige kielwater dat ontstaat in het zog van een najade? De volgstroom van een schoonheid?”
Mattis wordt een man met een missie die eruit bestaat dat hij bij Elma op de eerste plaats moet en zal komen. Daarvoor is het nodig dat ze volledig loskomt van haar overleden echtgenoot. Zolang hij dit niet kan bewerkstelligen voelt hij zich maar een “tussenman”. En hij haalt echt wel alles uit de kast om Elma volledig voor zich te winnen. De auteur schuwt bij deze onderneming de kolderieke situaties niet. Haalt onze antiheld de gewenste buit binnen en mogen we vervolgens spreken van een “eind goed, al goed”?
De pruimenpluk is met zijn 151 pagina’s eerder een novelle dan een roman. Verder gaat het ogenschijnlijk om een voorspelbaar niemendalletje. De prachtige schrijfstijl, het sfeervolle kader en de symboliek tillen het verhaal op en maken er een poëtische parabel van, die zich laat lezen als een tragikomische worsteling met liefde en dood door een would-be misantroop op zoek naar zelfbevestiging.
De tragiek ligt verscholen in Mattis’ compromisloos verlangen naar perfectie in de liefde, waarbij zijn bindingsangst en afkeer voor de “gevangenschap van het moeten” het rijpingsproces belemmeren.
”Ik geloofde niet in liefdes met laswerk nu en dan; een relatie was eenvoudig of ze hoefde niet. Alles van schade was volslagen, men kon oplappen maar dat bleek nooit herstel. Je vermocht het eventueel wel te lijmen wat was stukgegaan, ik bleef mij immer storen aan de naden.”
Is een stukje zelfverloochening en berusting bij de alledaagsheid van een leven zonder grote uitschieters uiteindelijk een haalbare kaart voor Mattis? Of zet deze schaker zich schaakmat en blijft hij hangen in een vicieuze cirkel van rusteloosheid, telkens weer gedoemd tot de eenzaamheid en zelfdestructie bij elke nieuwe desillusie?
“De mens: je zou hem moeten kunnen stekken en enten en de wereld zou veel miserie zijn bespaard. Hoger dan het copuleren was het oculeren. Een mening die ik zelf wel eens heb onderschreven.”
Dat Dimitri Verhulst een taalkunstenaar is staat buiten kijf. Net als in zijn vorige boeken zijn de literaire kwaliteiten subtiel en tegelijk nadrukkelijk aanwezig. De novelle biedt een aaneenrijging van prachtig geformuleerde zinnen. Langzaam lezen is de boodschap als je geen enkel mooi beeld uit dit stijlvolle miniatuurtje wilt missen, maar De pruimenpluk laat zich evengoed vluchtig consumeren en waarderen, als je gewoon zin hebt in een prettig leesbaar tussendoortje zonder meer.
Deze recensie is het resultaat van mijn deelname aan een leesclub op Hebban.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten